Back to Home

De straat…

Mijn thuis.

De stoep…

Mijn mand.

Dit land.

Dit grote land. Met zijn steden. Mijn stad, met haar huizen, haar flats en stations. De winkels, de straten. Meestal vol, en soms verlaten. Ik weet waar ik het moet zoeken, het eten. Een bak met water. Welke restaurants wat lekker weg gooien, en wanneer de vuilnisbakken worden geleegd.

Ik heb geleerd wie mij wil schoppen en dat je sommigen tweevoeters beter ontwijkt. Dat je mensen zelden kunt vertrouwen, en dat vaak niets is wat het lijkt. Dat er anderen zijn, zoals ik. Met wie ik een roedel vorm en dat je soms vijanden maakt. Dat je beter samen kunt slapen, zodat er iemand over je waakt.

Ik heb mijn wonden leren likken en kunnen leven met een zere poot. Ik heb gezien hoe vrienden kwamen, en hoe sommigen werden gedood. Door verkeer, verkeerde mensen of een hapje uit de foute bak. Ik heb gezien hoe maatjes bevroren, en sommige zakten door een wak, toen ze probeerden te drinken uit het donkere meer.

Ik ben getekend door het leven, ben gewend aan deze stad. Heb kunnen accepteren, dat ik geen geluk heb gehad.

En God, toen kwamen die mensen. En ja, ze bedoelden het goed. Maar lieve adoptant, je weet niet wat het straatleven met je doet. Ze vingen mij met een vangkooi, maakten mij warm en ik at écht hondenvoer. Er kwam een foto van mijn hoofd, dankbaar kijkend, zittend op die kennelvloer. Toen meldde na al die maanden zich een baasje uit Nederland. En ik mocht in een busje op weg naar mijn warme mand. In gedachten rende ik vrij en blij over MIJN straat, en dat beeld dat troost mij, op het moment dat ik Roemenië verlaat.

Er is blijdschap.

Maar ik voel paniek.

Er zijn veel mensen.

Maar ik voel mij alleen.

Er is een warm thuis.

Maar ik wil de straat.

Dit zou de plaats moeten zijn waar ik hoor. Maar toen ik de kans kreeg, ging ik er vandoor. Dat is ondankbaar -als een hond, ja- maar je snapt gewoon niet hoe het is. Ik ben op de straat geboren, en voel mij in een mand reddeloos verloren.

Dit is de vrijheid, dit is wat ik ken. Het zijn de straten waar ik doorheen ren. Ik wil voedsel zoeken, hou van het gevaar. Ik weet het -onbegrijpelijk- en voor een Liefhebbende Nederlandse Baas, verdrietig en heel erg raar.

Je wilde helpen, bedoelde het goed. Telde veel geld neer, kreeg het gevoel dat je er toe doet. Ik wil niet ondankbaar zijn en niet stout. Maar het is de drang naar vrijheid, die je met geen halsband tegenhoud.

Ik ren over de straten, voel de wind, ren in het rond. Hou geen rekening met de auto die daar te snel de hoek om komt. Dit is het einde, er zijn piepende wielen. Een klap en heel veel bloed.

De straat neemt weer wat zij gaf. Deze geredde zwerfhond krijgt een eervol graf. En vanaf de Regenboogbrug, waak ik over mijn vrienden. Mijn vrienden van de straat en van het station. Het is de liefde voor het zwervend leven, dat het van de goede bedoeling won.

Kruipt mijn manier van schrijven onder jouw huid? Koop dan het boek De Hondenvechter

€ 12,95 – Koop het boek

€ 2,00 – Koop het E-book De verhalenbundel Door pootjes gedrukt

 

Leave a Reply